Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [48]Daarom zal Ik [49]den hemel beroeren, en de aarde zal bewogen worden van haar plaats, vanwege de verbolgenheid des HEEREN der heirscharen, en vanwege [50]den dag Zijns hittigen toorns. 48. Te weten vanwege den hoogmoed en de goddeloosheid der Babyloniers, vs.11. 49. De zin is: Ik zal zo schrikkelijke straffen over de Chaldeen en Babyloniers laten komen, dat met reden hemel en aarde zich daarover ontzetten zullen; of dat de Babyloniers zullen menen dat hemel en aarde bewogen worden. 50. Zie de aantekening op Job 20:28.